Een goed begin is goud waard

Ideeën om fundamenteel te beginnen met wat en hoe leren we in de groep.

Het is al weer even geleden, maar ik herinner het me nog als de dag van gisteren. Mijn zoon komt thuis van zijn eerste schooldag in 3 VWO. Stoom komt nog net niet uit z'n oren. De hele dag zijn er regels over hem uitgestort en 'preken' dat het een heeeeel druk jaar wordt. Gek wordt hij er van! Ik voel de onmacht in me naar boven komen. Hij was voor het eerst gelukkig in zijn klas, had er zin in, en nu...? Kan me niet voorstellen dat leerkrachten dit met hun eerste les beogen. Het is wel wat ze bij mijn kind bewerkstelligen. Maar wat beogen ze dan wel? Hebben ze daar over nagedacht? Weten ze dat eigenlijk? Gunnen ze zichzelf de ruimte om hieraan te werken in de eerste weken van het nieuwe jaar?

We zitten midden in het afronden van dit schooljaar en denken alvast over de start van het nieuwe schooljaar. En net als ieder jaar is het de kunst om goed van start te gaan met je nieuwe groep. In het basisonderwijs zijn leerkrachten zich daarvan doordrongen. Er is zelfs een naam voor: de gouden weken. Tijdens de gouden weken ben je erop gericht een sfeer te creëren waarin kinderen zich verantwoordelijk voelen voor zichzelf, de groep en de omgeving. Een sfeer waarin zij zich vrij durven bewegen en er vertrouwen ontstaat om het goud wat zij in huis hebben te ontplooien in interactie met de groep/omgeving.

Er is inmiddels heel veel informatie en materiaal beschikbaar om te werken aan een fijne sfeer in de groep. Twee punten vragen hierin mijn inziens aandacht. Ten eerste de scheiding tussen het pedagogische en het didactische. En ten tweede de betrokkenheid van de kinderen.

Kinderen komen naar school om te leren en om samen met hun vrienden dingen te doen. Zij maken geen onderscheid tussen het pedagogische en didactische. Zij leren door zien, horen en doen, maar wat ze exact leren weet je nooit helemaal vooraf. De ene keer leren ze tijdens rekenen doorzetten en de andere keer tijdens het buitenspelen vermenigvuldigen. Daarbij is het ook nog eens heel erg verschillende per kind, wat er exact van een activiteit geleerd wordt.



Hierop vooraf grip krijgen is mijns inziens gedoemd te mislukken. Wel kunnen we veel gerichter rijke activiteiten ontwerpen, die kansen bieden om iets te leren in het pedagogische, didactische én organisatorische.

Ik word hierin gevoed door Helen Parkhurst, die werkte aan haar pedagogische doelen door het aanbieden van de leerstof anders te organiseren. Een organisatie waarin kinderen verantwoordelijkheid krijgen voor het hoe (met wie), waar, wanneer eigen maken van de leerstof. Doordat kinderen de ruimte krijgen hierin eigen keuzes te maken en persoonlijke accenten leggen, leren ze ons – als leerkracht – juist wat ze kunnen én wat ze nog te leren hebben; qua leerstof, maar zeker ook als mens. Alleen ruimte om eigen keuzes te kunnen maken brengt dit aan het licht.

Door het met de kinderen over het hoe te hebben en het als opbrengsten te visualiseren, worden het doelen die net zo serieus worden genomen als taal- en rekenen-doelen. Het (didactische) wat we leren en (pedagogische) hoe we leren gaan samenwerken.

In de gouden weken kun je samen met de kinderen, ieder jaar opnieuw, fundamenteel beginnen. Vragen die hierbij centraal staan:

• Wie ben jij, wie zijn wij?
• Wat gaan we leren dit jaar? Didactisch én pedagogisch! Waar ben je goed in en wat wil jij leren?
• Hoe gaan we leren? Hoe leer jij? En hoe zorgen we dat we fijn leren met elkaar?
• Hoe richten we het in, dat we het ook doen; dat we fijn kunnen leren met elkaar Waar leren we, wat, wanneer, met wie?

Tijdens de gouden weken ervaren we ruimte, om tijd te nemen voor activiteiten waarbij kinderen denken over bovenstaande vragen. Met name coöperatieve werkvormen lenen zich hier goed voor. Door de antwoorden van de kinderen letterlijk over te nemen, kun je horen wat ze belangrijk vinden, wat ze aan vaardigheden beheersen en wat nog aandacht vraagt. Probeer geen oplossingen te geven voor nog openstaande vragen of dilemma’s, maar rondt de activiteit af met de nog openstaande vraag/het dilemma en hoe, met wie en wanneer jullie erop terug komen.

Als je wilt dat kinderen zelf oplossingen leren vinden voor problemen, heb je hen in dit proces vanaf het begin van het jaar op te voeden. Leer hen kijken naar wat hierin helpend is en formuleer het als doelen. Het is een procesgerichte werkwijze, die een bodem verzorgt voor het kunnen opgroeien van een plezierige interactie in de groep (waar jij deel van uit maakt). Een interactie die gericht is op verantwoordelijke actie ondernemen in het leren met en van elkaar.

Vanzelfsprekend is het belangrijk dat iedereen vanaf de start het gevoel heeft er echt toe te doen. Dus zorg ervoor dat ALLE ideeën worden benut, juist ook die van een enkeling of minderheid. Laat kinderen in kleine groepen onderzoeken hoe de diversiteit in wensen gerealiseerd kan worden. Alleen dan werk je samen aan het inrichten van een leeromgeving waarin iedereen zich thuis voelt. Een omgeving waarin iedereen een taak krijgt vanuit wie hij/zij is en wat hij/zij goed kan. Een omgeving ook waar verschillen worden gezien als uitbreiding van mogelijkheden.

Help kinderen een idee krijgen welke taak zij hebben, waar zij sterk in zijn en faciliteer dat dit benut kan worden. Kennis over elkaar versterkt bovendien de verbondenheid en laat op een positieve wijze zien hoe je afhankelijk van elkaar bent in het positief functioneren als groep. Het in beeld brengen wat kinderen zelf kunnen, maakt bovendien jouw taak in deze groep zichtbaar; waarvoor jij er bent.

Natuurlijk geldt voorgaande ook voor kleuters! Door de kinderen zichtbaar structuur te geven met een dagritme en een takenbord creëer je vertrouwen dat de begrenzing van het experimenteren verzorgd is. Dat het veilig is om als kind ruimte in te nemen/te pakken en zo door het doen te vertellen wat en hoe jij graag speelt en leert als kind. Juist in het initiatief nemen leren de kinderen je wat ze willen leren, hoe ze dat leren en waarvoor ze jou nodig hebben als leerkracht.

Door het observeren, maar meer nog door echt meespelen, ontwikkel je samen met de kinderen spelscripts waardoor kinderen de (taal van de) wereld verder leren kennen en ontdekken dat zij daarin een rol spelen. Laat je verassen door hun antwoorden en schrijf ze (achteraf) visueel op. Bespreek het met de hele klas, geef het betekenis en maak het functioneel door er samen met de kinderen dynamische spelwijzers voor het spelen in de hoeken van te maken.

Ondertussen leer je hoe leerzaam je hoeken/werkplekken zijn, welke rollen verder uitgediept kunnen worden en hoe dit de intrinsieke betrokkenheid verder kan vergroten. Behoed je ook hier voor voorzeggen. Natuurlijk kun je meespelend het leren uitbreiden door een vraag te stellen, of een attribuut toe te voegen. Maar het echt luisteren naar de kinderen verdiept ook jouw denkkracht, hoe de hoek in te richten dat kinderen er met behulp van activiteiten leren wat je voor ogen hebt. De kinderen reiken het je als het ware aan. Het is de kunst om de rust te hebben het te (door-)zien en horen.

Het is mijn ervaring dat het helpt om de gouden weken in te richten als een project/thema, samen al doende te onderzoeken wat werkt en ook echt ergens naar toe te werken. Het versterkt letterlijk het blijvende effect, doordat de opbrengst van de activiteiten ook samengevat en gepresenteerd worden.

De informatieavond blijkt hiervoor uitermate geschikt. Daarbij vinden kinderen het vaak reuze leuk om te bedenken hoe zij op een creatieve manier kunnen laten zien wat ze gaan leren en hoe ze dat doen. En wat is er als ouder nu leuker, dan dat de kinderen laten zien en vertellen wat zij gaan leren, waar zij naar uitkijken dit schooljaar, hoe zij werken en leren met elkaar in de groep, wanneer, wat, waar wordt geleerd, hoe talenten worden benut etc. ect. Ook kleuters kunnen met behulp van de speel-wijzers heel goed laten zien en vertellen hoe het bij hen werkt in de groep en wat zij doen op een dag.

Meester Sander en ik hebben hiervoor samen een handelingswijzer ontwikkeld, om de kinderen een stem te geven in een de informatieavond. Sander Gordijn heeft deze handelingswijzer omgezet in een presentatie in prowise, met handige tools die je kunt gebruiken bij het voorbereiden. Lees en ervaar het via zijn blog: https://meestersander.nl/2020/08/26/de-stem-van-het-kind-tijdens-de-digitale-informatieavond/ .

Wij zijn reuze benieuwd naar de ideeën waar de kinderen in jouw klas mee komen en laten ons graag door hen verrassen! Deel je het met ons via Instagram (@wenke_perspectief)?

Tot slot, adviseren wij de kennismakingsgesprekken te voeren na de presentaties op de informatie- avond. Er is dan een gezamenlijk kader gecreëerd waardoor je over het algemeen boeiendere gesprekken krijgt waar alle partijen mee verder kunnen.

Dit artikel is al even geleden geschreven, maar in onze ogen nog steeds actueel.